`Als
je alleen maar kennis over God verzamelt... blijf je ook alleen maar een kennis
van Hem.' Deze tekst die ik onlangs op een poster las, spreekt mij aan. De God
over Wie wij in de Bijbel lezen is een levende God Die ook vandaag werkt,
handelt en spreekt. God gaat een relatie aan met mensen en verandert mensen.
God bevrijdt mensen door de dood en opstanding van Zijn Zoon Jezus Christus.
God geeft mensen de Heilige Geest mee Die ook op Jezus Zijn eigen Zoon was. En
de weg van de Geest gaan in je dagelijkse leven midden in deze wereld, dat
maakt het leven tot een avontuur. Zoals de titel van een pas verschenen boek
zegt: `Gods stem horen. Een buitengewoon avontuur voor gewone mensen.' Het zou
mooi zijn als we met elkaar dít voor ogen hebben wanneer we spreken over `de
kerk'. En ook als dit veel vraagtekens oproept, als we dit niet herkennen of
heel lastig toe te passen vinden in ons leven - laat de kerk de plek zijn waar
die vraagtekens bespreekbaar en herkenbaar zijn en waar we in deze vragen
verder geholpen worden.
Want
voordat Jezus naar Zijn Vader ging zei Hij tegen Zijn leerlingen: zoals de
Vader Mij gezonden heeft, zend Ik ook jullie. De kerk is dus geen gebouw of
instituut, maar een zendingsbeweging. Jezus die rondtrok, dingen deed, dingen
zei, mensen veranderde, bevrijdde, in beweging zette, is sinds de hemelvaart
niet uit deze wereld verdwenen; in tegendeel; in de leerlingen die Hem als de Weg
(de Waarheid en het Leven) volgen is Jezus in deze wereld aanwezig. Tegelijk,
als ik naar mezelf kijk en als ik om me heen kijk, dan zie ik dat ik en dat wij
volgens mij nog veel te leren en te ontdekken hebben als het gaat om de
uitdaging die Jezus ons gaf: `zó moet jullie licht schijnen voor de mensen
opdat ze jullie goede daden zien en eer bewijzen aan jullie Vader in de hemel'.
Hoe doe je dat? En hoe help je als voorganger, als ouderling, als jeugdwerker
etc. ánderen om hierin te groeien?
Het
leertraject dat we met een aantal gemeenteleden zijn gaan volgen bij `Nederland
Zoekt' heeft mij en heeft ons de afgelopen tijd wel enorm geholpen om scherper
op het netvlies te krijgen waar het bij `kerk' om gaat. Zonder dat het
misschien overal evenveel zichtbaar is, is er veel veranderd. In plaats van
vragen te stellen als `hoe krijgen we meer mensen in het kerkgebouw', `hoe
krijgen we de meest aantrekkelijke kerkdiensten' (interessante vragen
overigens), stellen we elkaar vragen als: hoe is het afgelopen week bij jou
gegaan in het volgen van Jezus, in het gehoor geven aan Zijn roepstem, wat
heeft Hij tegen je gezegd, wat heb je ermee gedaan?
Bij
Jezus lag de focus niet op: zóvéél mensen heb Ik in de synagoge weten te
krijgen. Maar wel op vragen als: wat doe Ik als Ik aan het wandelen ben en een
verlamde man langs de weg roep om ontferming. De evangelisten beschrijven keer
op keer wat Jezus deed, zei en hoe Hij veel tijd in een kleine groep van
leerlingen investeerde. Jezus trok met hen op, leerde hen veel, gaf Zijn leven
voor hen, stond voor hen op, zegende hen en begon hen vanuit de hemel te
steunen; God gaf hen de Geest en zo ontstond een vermenigvuldigende beweging.
Maar lange tijd was de fócus van deze vermenigvuldigende beweging niet `hoe
krijgen we zoveel mogelijk mensen in ons gebouw (ze kwamen samen in huizen)';
de focus was hoe onderwijzen we elkaar zo, aanbidden we zo, bemoedigen,
vermanen en bidden we zo, dat Jezus en Zijn koninkrijk geloofwaardig in onze levens
zichtbaar wordt? Helaas is er ergens een omslag gekomen waarbij `binnen' de
focus werd en waarbij `missionair' iets werd van `activiteiten' en van
`pogingen om goodwill te kweken en later hopelijk mensen mee te nemen naar
binnen, (dat is: binnen de kerkmuren). Onlangs las ik een artikel van een
zendingspredikant uit de Gereformeerde Gemeenten (!), die zich kritisch uitliet
over het zoeken van veiligheid door christenen die in eigen gebouwen,
instituten en activiteiten proberen hun geloof veilig te stellen voor de boze
buitenwereld, in plaats van hun geloof te léven in de wereld waarin Jezus Zijn
leerlingen gezonden heeft.
Laat
onze bekende uitdrukking `naar de kerk gaan' daarom de komende jaren een nieuwe
invulling krijgen. Niet in de trant van `we gaan naar de kerk' zoals iemand van
een andere religie naar zijn godsdienstig centrum gaat om zijn religieuze
plichten te vervullen en eventuele zegeningen van het hogere te ontvangen. Maar
laat `naar de kerk gaan' meer en meer de lading krijgen van `de ontmoeting met
medeleerlingen' opzoeken om uit te wisselen, te leren, te bidden, bemoedigd,
vermaand, vertroost en opgebouwd te worden, te aanbidden en gezegend weer
uitgezonden te worden, om als leerlingen de Weg te volgen en het Koninkrijk
zichtbaar te maken.